Al zolang ik me kan herinneren, noem ik mezelf introvert. Dat verhaal vertel ik niet alleen aan anderen, maar vooral aan mezelf. Ik gun mezelf de rust van het alleen zijn, en daar geniet ik meestal intens van.
Toen ik mezelf jaren geleden het label introvert gaf, ben ik me er ook echt naar gaan gedragen. Ik omarmde dat deel van mezelf. Ik ben zo, en dat is goed. Het was een opluchting: ik hoefde niet langer te jagen op gezelschap, niet meer jaloers wanneer mensen lol trapten op sociale media (en ik daar niet bij was). Ik draaide de volumeknop van mijn intro-versie helemaal open en beleefde zalige tijden.
En toch… Af en toe voelde ik het sociale dier in mij naar buiten kruipen, verlangend naar contact. Dat paste niet in mijn verhaal van de introvert. Het was alsof ik aan de rand van een kloof stond, kijkend naar het bruisende leven aan de overkant. Ik begreep het lang niet, maar legde me erbij neer. Tot ik, heel toevallig, deze uitspraak hoorde:
“Misschien ben ik niet geboren als einzelgänger, maar ben ik me zo gaan gedragen?”
Die zin bleef hangen. Wat als mijn teruggetrokken gedrag niet aangeboren is, maar aangeleerd? Niet als absolute waarheid, maar als mogelijkheid. Misschien is mijn introversie niet wie ik ben, maar een reactie op wat ik heb meegemaakt.
Dat inzicht opende een deur. Want als gedrag niet vastligt, kan ik het veranderen. Ik hoef niet ieder moment een einzelgänger te zijn. Dus speel ik nu met mijn volumeknoppen: soms draai ik introvert wat zachter en extravert een beetje open. Niet om mezelf te forceren, maar om te voelen wat past op dat moment. Geen feestgedruis, maar fijne één-op-één gesprekken bijvoorbeeld. Activiteiten die me interesseren. Best wel spannend en ongemakkelijk. En soms, heerlijk alleen, wandel ik dertig kilometer over een GR-pad.
Verbinding maken of resoneren – met anderen, met het leven – is een belangrijk ingrediënt voor geluk. Ik mag zelf kiezen hoeveel ik daarvan toevoeg aan mijn ‘broodje geluk’. Dat is voor mij een zeer bevrijdende gedachte. Ik kan zelf mijn extra-versie invullen.
Of ik nu van nature introvert ben, of zo ben geworden door ervaringen, weet ik niet. Maar die vraag nodigt me uit om telkens opnieuw te onderzoeken: Welk gedrag heb ik op dit moment? Wil ik het aanpassen, al is het maar een beetje?
Hoe zou het voor jou zijn als je niet hoeft te kiezen tussen introvert of extravert zijn? Als je het beste uit beide werelden mag halen, zonder jezelf te forceren?
Je hoeft niet ineens een feestbeest te worden – alhoewel ik enkele introverte feestbeesten door het leven zie gaan 🥳. Door af en toe bewust extravert gedrag te oefenen – een gesprekje maken, je aanmelden voor een activiteit, of gewoon eens uit je comfortzone stappen – kun je als introvert verrassend veel winnen: meer resonantie, sociale verbondenheid, levensvreugde.
En er kwam een dag dat het risico om strak in een knop te blijven zitten pijnlijker was dan het risico om te bloeien.
Anaïs Nin
Stel je voor dat je niet langer aan de zijlijn staat, maar vol vertrouwen contact maakt. Dat je niet langer het gevoel hebt dat je iets mist, maar juist geniet van het beste van beide kanten. Dat je merkt: ik mag mezelf zijn én nieuwe ervaringen opdoen.
Hoe is dat om te lezen? Hoe zou het zijn mocht je soms tegen je ‘natuurlijke’ verhaal ingaan? Als het ware eventjes de volumeknop wat opendraaien.