Ontploffen van woede
“Peter weet het beter!”
Dit ogenschijnlijk eenvoudig rijmpje doet mij
ONTPLOFFEN
van WOEDE
BOEM
PAUKESLAG
Drie TROMBONES die vanaf de achterste rij heel het orkest aan FLARDEN spelen!
Dat laatste is zeker een mogelijkheid, zelfs op mijn eentje, als ik écht woest ben. Maar dat is natuurlijk niet de bedoeling. Het is verre van schoon te noemen. Zelfs als het hele orkest, zoals op de partituur aangeduid, aangezwollen en zo luid mogelijk speelt, dan nog kunnen wij, trombonespelers, daar moeiteloos boven gaan. Soms moet dat, maar het vraagt een zekere souplesse om dat beheerst te doen, zodat het niet schreeuwlelijk wordt.
Het gedicht “Ontploffen van Woede” schetst de energie die vrijkomt als iemand mij een beterweter noemt. Zelfs nu ik het typ, voel ik de kriebels al opkomen. Zodra er maar een zweem van zo’n uitspraak of veronderstelling opduikt, barst ik intern uit. Ook dat vraagt weer souplesse, om het niet onbeheerst naar buiten te laten komen, zodat het niet wordt: “Peter die de wereld aan flarden speelt” (omdat hij iets hoort wat hij niet wil horen).
Aan de andere kant: waarheden, controverses of mogelijkheden?
De uitspraak “Peter weet het beter” komt soms. Naar mijn eigen oordeel meestal niet kwaad bedoeld – eerder als een grappig rijmpje. Toch duiken zulke gelijkaardigheden op, zeker als ik in gesprekken, of noem het discussies, een beetje te enthousiast bepaalde zaken benoem die niet altijd intuïtief gesmaakt worden. Omdat ze tegendraads zijn, niet de geplogenheden volgen van de maatschappelijke clichés. Blijkbaar is dat een ding bij mij. Ik hou ervan om eens een andere kant (lees: een mogelijkheid) te onderzoeken. En wanneer iets resoneert kan ik de neiging hebben om naar anderen toe stout uit de hoek komen.
Soms vuur ik controversiële uitspraken af met een groot kanon. Dat heeft / geeft dan de meeste impact! Meestal in de vorm van protest. En dan discussiëren we vaker over gelijk hebben dan over de mogelijkheden van die andere kanten. De mensen die mij het best kennen, spreken mij daar dan op aan: “Gij peist dat dit nu voor iedereen moet gelden omdat ge dat ergens gehoord of gelezen hebt.”
Als ik die commentaar krijg, oordeel ik mezelf als een ongelofelijke betweter. En de emoties die daaruit ontstaan – omdat ik dat uiteraard niet wil zijn – zijn navenant. Mijn geniepige stemmetjes roepen dan: “ZIEN DIE NIET DAT ZE HET BETER ZOUDEN KUNNEN DOEN DAN HOE ZE BEZIG ZIJN?”
Toch hebben ze een punt (die anderen, niet mijn geniepige stemmetjes), hoe goedbedoeld ik het ook bedoel. Het is een kunst om andere denkwijzen aan te brengen met souplesse en beheersing, zodat ze een mogelijkheid zijn en geen waarheid. Laat dat dan een vaardigheid zijn die ik aan het leren ben.
Wat werkt voor mij?
Soms, als ik ergens een nieuw inzicht ontdek, kan ik wel een gat in de lucht springen. Zeker als ik merk dat het voor mij werkt. Dan wil ik dat delen met anderen, zodat zij ook aan de slag kunnen naar een beter en goed leven. Maar daarmee maak ik (minstens) drie fouten:
Ten eerste ga ik over de grens van mijn verantwoordelijkheid heen. Dan oordeel ik blijkbaar dat de ander het beter zou kunnen doen dan waar die is of hoe die het doet, terwijl ik dat eigenlijk niet eens kan weten. Ik kan vooralsnog niet in het hoofd van iemand anders vertoeven. En moest ik dat al kunnen, dan heeft die daar niet eens om gevraagd. Ik moet me niet zomaar bemoeien met andermans zaken zonder eerst te vragen of die wel ‘nieuwe mogelijkheden’ van me wil horen.
De tweede fout is dat ik eigenlijk nooit weet of wat ik beweer juist is. Mijn oordeel, na een aantal jaar op deze wereldbol te vertoeven, verandert nogal heb ik gemerkt. Ik heb al meermaals ondervonden dat bepaalde ideeën of inzichten niet altijd stand houden. Soms heb ik ze nog niet echt begrepen. Soms ga ik ze door scha en schande anders interpreteren. De wereld is denk ik te complex om in vaste regels en kijken te gieten die dan ook nog eens voor iedereen zouden gelden.
De derde fout is dat niets werkt voor mij. Niets doet iets met mij. Alles rondom mij in de wereld is neutraal tot ik er een betekenis of oordeel over geef. Het is eerder wat ik doe met de dingen, welk verhaal of interpretatie ik heb over iets. Dit betekent dat ik zelf verantwoordelijk ben voor hoe ik omga met de dingen om me heen. Ik kies hoe ik reageer en wat ik doe met wat er op mijn pad komt.
Van bewijsdrang naar gewoon graag doen
Het grootste ding van afgelopen tijd is misschien wel dat ik mijn oordeel over mezelf als ‘betweter’ ben gaan accepteren. Aanvaarden dat ik blijkbaar dat ongewenst zelfbeeld over mezelf heb. En doordat ik dat uiteraard niet wilde zijn ging ik mij in alle soorten bochten wringen om dat te maskeren. Een enorme bewijs- en werkdrang moest laten zien dat ik het ook écht kon, ook écht slim was, dat mijn inzichten de moeite waard waren. Vermoeiend was dat!
Maar door die gedachte of oordeel te gaan aanvaarden, de strijd daarmee te staken, hoef ik mezelf niet meer te bewijzen. Ik kan nu schrijven en spreken omdat ik het gewoon graag doe. Zonder dat gedoe van per se mezelf te tonen. Zonder dat ik een kanon uit mijn arsenaal moet halen om gehoord te worden. Ik mag mogelijkheden delen. Mijn zoektocht delen is een plezier. Wat een opluchting!
Het voelt als de overgang van een gespannen solo naar een ontspannen samenspel met andere muzikanten – niet meer boven het orkest uit moeten schreeuwen, maar samen muziek maken.
Dat maakt het ook makkelijker om fouten toe te geven, om te zeggen: “Dit is wat voor mij werkt, misschien heb jij er ook iets aan. En zo niet, dan is dat ook goed.” Het haalt de druk van het moeten presteren weg, en het brengt lucht in mijn gesprekken en schrijfsels.
Vandaag stond dit op de Omdenken scheurkalender:
Kennis is weten dat een tomaat fruit is.
Wijsheid is een tomaat niet in een fruitsalade doen.
Filosofie is je afvragen of een Bloody Mary als een smoothie telt.
Miles Kington
Ik ben een ongelofelijke reis aan het maken door het lezen van praktische filosofie en levenskunst. De ideeën die daar naar voren komen helpen mij enorm op weg naar een goed en vredevol leven. Daar komen vaak de andere kanten of mogelijkheden vandaan, levensvisies die ingaan tegen de clichés van de maatschappij.
Maar ook dat zijn maar verhalen en ideeën, weliswaar behulpzamer dan wat de gemiddelde reclame ons beloofd dat ons leven meer in balans gaat komen door het eten van een bepaald soort boter (bijvoorbeeld).
Er is blijkbaar een soort van drang om te delen. Ook al besef ik meer en meer dat ik hét ook niet weet: hoe nu juist te leven of zelfs een bepaald probleem op te lossen. Ik heb alleen maar meer mogelijkheden dan vroeger, omdat ik soms eens naar de andere kant ga van wat ik gewoon ben. Kennis omzetten in probeersels, wat prutsen en veel oefenen, waaruit dan een zekere wijsheid ontstaat. Ik hou ervan om die (lees: mijn) mogelijkheden te delen.
Stoutmoedig 💪
Daar is moed voor nodig. Alleen al om, ondanks mijn neiging tot betweterigheid, toch door dat oordeel heen te breken. Om de andere kant van het probleem op te zoeken en te zeggen: “Ja, ik neem dit mee in mijn gesprekken en wat ik schrijf, om meer nuance te brengen, maar mezelf ook toe te staan af en toe iets stoutmoedigs te zeggen.”
Had ik dat niet gedaan, dan was ik op een gegeven moment misschien gestopt met schrijven of praten, uit angst om door de mand te vallen. Nu kan ik hierover schrijven, zelfs als ik het nog niet helemaal helder kan uitleggen, of het zelf nog niet altijd goed toepas in mijn leven. Want ja, soms val ik terug…
Maar dat is zoveel beter dan als een bange betweter door het leven te gaan, bang voor het oordeel van anderen, en uiteindelijk spijt te krijgen van alles wat ik niet gedaan zou hebben in het leven.
Je krijgt kracht, moed en vertrouwen door elke ervaring waarin je de angst recht in de ogen kijkt.
Eleanor Roosevelt
En zo maak ik van mijn leven een muziekstuk. Met stille en veel te luide passages, met genuanceerde en dan weer plompe stukken. En bovenal virtuoos, met af en toe een valse noot. En veel oefenen. Dat vooral. Niet meer om te bewijzen dat ik het kan, maar omdat ik het graag doe. Omdat samen spelen – met alle mogelijkheden, alle wijsheid en alle fouten – tot een zeer mooi musiceren (lees: leven) kan leiden.